Vanuit de voornaam-gedempte sfeer van de koele hall in Hôtel Danielieen oud, Venetiaansch paleis, waar, langs de statige trappen, in vroeger tijden deftige Dogen in hoofsche praal afdaalden naast hun schoone, vorstelijk-getooide vrouwen en zich nu een internationaal publiek verdrong...., trad Elizabeth Gehrke, na de glazen draaideur te zijn doorgegaan, naar buiten en stond plotseling in het verblindend licht van de Riva degli Schiavoni.