'De ladder' is het verhaal van een elfjarige jongen op een Friese boerderij in het begin van de Tweede Wereldoorlog. Op latere leeftijd overdenkt hij wat er in de oorlogsjaren eigenlijk gebeurd is. Hij gaat op zoek naar de achtergrond van de mysterieuze Job Wassermann, een Duitse jood die destijds op de boerderij van zijn ouders was ondergedoken. Het verhaal, geschreven in een poëtische en soms hilarische stijl, boeit van begin tot spannend slot. Het boek kreeg lovende recensies en werd bekroond met de Rink van der Veldeprijs.