In het diepe zuiden van Canada kiest een vogeltje het luchtruim om via IJsland en de Schotse kusten te beginnen aan de oversteek naar Europa. Tegelijkertijd wordt er bij een woningstichting in het noorden van Nederland een brief opgesteld.
Balancerend op het snijvlak tussen land en zee ligt Einum, een nietig buurtschap temidden van zich eindeloos voortbordurende bouwlanden, met op de achtergrond een zich in snel tempo uitbreidend havengebied. In een achttiental miniaturen wordt het leven van de schaarse inwoners geschetst: een kunstenaar die op jacht is naar de overgang van licht naar donker, een dementerende vrouw, een meisje dat de liefde van haar leven ontdekt, een boer op zoek naar de meesteres die hij zijn hele leven heeft moeten missen, een tweeling op leeftijd die een door het rookverbod getroffen cafeetje nieuw leven probeert in te blazen.
Gaandeweg vloeien al die levens in elkaar over en dan is daar opeens die brief.
En valt er een vogeltje uit de lucht