Er was eens een lief klein meisje. Iedereen hield van haar. Haar grootmoeder het allermeest. Zo gaf ze haar eens een rood fluwelen mutsje. Het meisje droeg het mutsje altijd en sindsdien wordt ze Roodkapje genoemd.
Op een dag was grootmoeder ziek. Dus Roodkapje ging haar wijn en koekjes brengen. Daar zou ze vast van opknappen. Haar moeder zei haar niet van het bospad af te gaan en voorzichtig te doen...